Fietsen is populair. Maar we weten niet precies hoeveel actieve fietsers er op dit moment zijn. We zouden óók graag willen weten wat hun motieven zijn, wat hun bestemming is en of ze een e-bike of ‘gewone’ fiets besturen.

Fietsmonitor

Stand van zaken fietsmonitor juni 2018

Fietsen staat hoog op de agenda. Zowel binnen de provincie Drenthe, als bij de Drentse gemeenten. Maar ook andere provincies, gemeenten en de Rijksoverheid voeren een actief fietsbeleid.

Om (1) beleidsmatig afgewogen keuzes te maken, om (2) te kijken of ambities gehaald worden en om (3) op kansrijke ontwikkelingen te kunnen inspelen is de provincie Drenthe bezig met het ontwikkelen van een monitoringssysteem waarbij een goed en meer volledig beeld van het totale fietsgebruik wordt gekregen (zie Vervolgprogramma Beter Benutten; Plan van Aanpak Fiets, ‘Maatregel A’ Monitoring Fiets).

De Fietsmonitor wordt ontwikkeld volgens een groeimodel en in samenwerking meerdere partijen zoals de Tour de Force (kopgroep fietsdata), Regio Groningen Assen, Drentse gemeenten, Gemeente Groningen, Recreatieschap Drenthe en Marketing Drenthe.

Stap 1: ‘fietsfoto’ van de provincie

als ‘eerste stap’ en als basis voor de fietsmonitor is een ‘fietsfoto’ van de provincie gemaakt. Dit betekent dat in samenspraak met bovenstaande partijen op 137 locaties gelijktijdig de fietsintensiteit is gemeten. Bovendien is geëxperimenteerd met twee innovatieve meettechnologieën om fietsers te tellen zoals een telsensor of videoanalyse. De meetgegevens van de ‘fietsfoto’ zijn geanalyseerd. Dit heeft o.a. geresulteerd in:
een innovatieve methodiek om (tijdelijke) fietstellingen te categoriseren in 7 groepen van telpunten. De 7 groepen telpunten variëren van zeer utilitair tot zeer recreatief. Op basis van deze methodiek kunnen tijdelijke fietstellingen geëxtrapoleerd worden tot jaargemiddelden door ze te vergelijken met een permanente fietstelling die in dezelfde groep van telpunten valt. Deze innovatieve methodiek is ook beschikbaar voor andere overheden.

Stap 2: verder onderzoek naar relevante bestaande data

verder is onderzoek gedaan naar alle relevante bestaande en beschikbare databronnen die van belang kunnen zijn voor de fietsmonitor. Met deze stap is in kaart gebracht op welke wijze ‘fietsinformatie’ verbreed kan worden. Bijvoorbeeld verkopen economische bestedingen, OViN-gegevens, STRAVA, etc.

Stap 3: ontwikkelen van een dashboard

vanaf mei 2018 is de provincie samen met gemeenten en DAT.Mobility bezig met het ontwikkelen van een dashboard van de fietsmonitor. Met het dashboard worden de beschikbare fietsgegevens op een gebruikersvriendelijke manier gevisualiseerd. Het dashboard is Q4 2018 gereed.
‘Best practices’ en ‘lessons learned’ van de fietsmonitor in Drenthe kunnen via de Regio Groningen-Assen en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat op regionaal en nationaal niveau gemakkelijk met andere overheden worden gedeeld.

Stap 4: toevoegen aanvullende informatie

Als na het afronden van stap 2 en 3 aanvullende informatie vereist is, zullen de provincie en andere belanghebbenden de mogelijkheden om nieuwe gegevens te verzamelen, bekijken.

Nieuwe technologieën

Innovatie is belangrijk tijdens de vier stappen van het groeimodel. Daarom experimenteert de provincie met nieuwe technologieën, zoals een telsensor die via het LoRa-netwerk is aangesloten. De samenwerking zelf is ook innovatief; de provincie heeft meerdere Drenthe-partners betrokken bij de ontwikkeling, maar heeft ook het Ministerie van Infrastructuur en Milieu in het proces opgenomen. Veel overheidsinstanties in Nederland worstelen met het controleren van fietsers. Via het ministerie kan de ontwikkeling en voortgang van de Fietsmonitor in Drenthe gemakkelijk worden gedeeld met andere organisaties op nationaal niveau.

 

Pin It on Pinterest

Share This